Ynze A. Baumfalk
fecit anno MMXIV
Geen kind de schouwburg lastig zij,
Tabakspijp, bierkan, snoeperij,
Noch generlei baldadigheid;
Wie anders doet, wordt uitgeleid.
de muidercompagnie presenteert:
DE VERANDERING VAN AMSTERDAM
een musical over de toekomst
Te Amsterdam, 2014
Verbiê de lieden het tooneel,
Zoo loopt er zevenmaal zooveel;
't Verboden wil men allermeest,
En tegenstreven noopt den geest.
Wie die, den ijver blusschen wil,
Zie door de vingers en zwijg stil;
Want wordt gij op uw zeer geraakt,
Zoo denkt: ik heb ’t er na gemaakt.
Amsterdam was geen kleine stad voor de begrippen van die tijd. Maar in 1578 leefden alle dertigduizend inwoners, met nog duizenden katholieke vluchtelingen, wel samengepakt op wat nu maar een klein stukje van de binnenstad is: het gebied begrensd door het IJ in het noorden, de Gelderse Kade en Kloveniersburgwal in het oosten en het Singel in het Westen. Een lapje grond, doorsneden door de oude loop van de Amstel, waar je in minder dan een uur omheen wandelt.
De belangrijkste uitvalswegen naar het oosten en westen liepen over de oude zeedijk langs het IJ en de Zuiderzee. Als je naar Muiden wilde, ging je door de Sint Antoniepoort (nu de Waag op de Nieuwmarkt) over de Diemerzeedijk. Naar Haarlem nam je de Spaarndammerdijk. Buitendijks lagen wat rietgronden, binnendijks weilanden, drassig door de vele overstromingen.
Aan de namen van de straten en stegen in de binnenstad kun het het nog zien: in 1578 werd bijna de hele oost- en zuidkant van de stad in beslag genomen door tientallen kloosters en gasthuizen met hun kerken en kapellen. Sommige kloosters waren alleen voor bezinning en gebed, andere hadden ook een maatschappelijke functie: zieken-, armen- en bejaardenzorg. In de Barberensteeg kon je bij de zusters
van Sinte Barbara de was laten doen en in de Bethaniënstraat werden gevallen vrouwen opgevangen door de nonnen van Maria Magdalena van Bethanië. De zusters verdienden de kost met vetweiderij. 's Winters stalden ze hun beesten in de kloosterstallen aan de Koestraat.
En dan had je nog de Minderbroeders. Daar in hun kloostergebouwen rond de Bloedstraat logeerde tien jaar eerder de Hertog van Alva. Daar zetelde de Spaanse Inquisitie. Daar werden de ketters gemarteld en verhoord.
In de tweede helft van de zestiende eeuw ontstond er onder leiding van Willem van Oranje en zijn Geuzenpartij in de Nederlanden een Opstand tegen het centrale gezag in Brussel en Madrid. Die opstand met zijn nasleep kennen we ook wel als de Tachtigjarige Oorlog.
Het conflict leek te gaan over vrijheid van godsdienst en de hoogte van de belastingen, maar economische motieven speelden zeker ook een rol.
Amsterdam deed niet mee met de Opstand. Vooraanstaande gereformeerde Amsterdammers vreesden vervolging en vluchtten naar Londen en Emden. Amsterdam werd juist een toevluchtsoord voor katholieken die probeerden aan de wreedheden van de Geuzen te ontsnappen.
Vanaf 1572 belegerden de Geuzen met meer of minder
succes de stad en blokkeerden de haven. De handel stagneerde. Honger en armoede lagen op de loer.
Na de Pacificatie van Gent in 1576 had ook Amsterdam zich moeten onderwerpen aan Oranje en de Staten van Holland. De stadsbestuurders wilden echter de koning trouw blijven en waren er fel op tegen dat de gereformeerde godsdienst de heersende religie werd.
Op 23 november 1577 deden de Geuzen nog een serieuze inval in de stad, maar het plan mislukte.
Het beleg maakte de toestand onhoudbaar en op 8 februari 1578 tekende ook Amsterdam het vredesverdrag, de zogenaamde Satisfactie. Daarmee had de stad toch echt onder het gezag van Oranje en de Geuzen moeten komen.
De burgemeesters en de vroedschap wisten de uitvoering van het verdrag echter nog een paar maanden te traineren. Opnieuw ontstond onenigheid over de leiding van de schutterij en de kwestie van godsdienstvrijheid.
In het voorjaar raakte de zaak in een stroomversnelling.
Geuzen en Amsterdammers met de nodige handelsbelangen vormden een revolutionair comité.
Op maandag 26 mei werden burgemeesters en raadsleden het stadhuis uitgezet en samen met de belangrijkste geestelijkheid afgevoerd op schuiten in het Damrak.
Zo voer het oude gezag de stad uit, het IJ op.
Deze gebeurtenissen staan bekend als de Alteratie van Amsterdam.
Het is mei 1578. Amsterdam wordt al een paar jaar belegerd door de Geuzen, troepen van de Prins van Oranje. Er wordt gevochten op de Diemerzeedijk en bij de Haarlemmerpoort.
Midden in de troebelen dromen twee jonge bierbrouwers over hun toekomst en die van Amsterdam. Als er nog een toekomst is. De één, Gerrit Bicker, zoon van de burgemeester, heeft een stevig conflict met zijn aartsconservatieve vader. De ander, Pieter Hasselaer, is nog koerier van de Prins geweest, maar hij is de oorlog zat.
Zijn tante, Kenau Hasselaer, de heldin van Haarlem, zou voor haar bedrijf graag zien dat er een nieuwe houthaven kwam in het westen van de stad.
De Amsterdamse kinderen spelen Geusje en Kardinaaltje en Gele Fietje, die ooit grof geld verdiende met het aangeven van ketters, scharrelt rond het beeld van Onze Lieve Vrouwe op de Dam, vlak bij de herberg van Corneel en Hanneke.
Dan vallen de geuzen de stad binnen
Zoals dat gaat, wordt in het theater de geboekstaafde geschiedenis behoorlijk geweld aangedaan. Zo ook in deze musical. Ja, de meeste personages in het spel hebben daadwerkelijk in Amsterdam rondgelopen, maar niet allemaal tegelijk. En ja, de meeste gebeurtenissen hebben echt plaats gevonden, maar niet allemaal op die ene dag in mei en niet precies zo. En ja, er bestond een meer dan levensgroot, zilveren processiebeeld van Sint Nicolaas bij de Oude Kerk, maar Onze Lieve Vrouwe heeft bij mijn weten nooit op de Dam gestaan.
Al deze historische vergissingen, manipulaties en blunders zijn voor mijn rekening.
Veel heb ik ontleend aan het dagboek van broeder Wouter Jacobsz, herontdekt in het begin van de 20ste eeuw. De hertaling en heruitgave uit 2008 brachten mij op het spoor van dit boeiende verhaal.
Broeder Wouter was abt geweest van een klooster bij Gouda. Hij was voor het geweld van de Geuzen gevlucht naar Amsterdam. Zes jaar lang schreef hij op wat hij en de Amsterdammers doormaakten tijdens het beleg. Dag aan dag deelt hij ons mee hoe hij het gezang van nonnen moest dulden, hoe hij gek werd van het lawaai van spelende kinderen, en natuurlijk hoe de Geuzen hem het leven zuur maakten. Eigenlijk had deze vrome katholiek de hoofdrol moeten krijgen, maar hij is door de meelezers van het script genadeloos uit het stuk geschreven: te vroom, te saai en te zeurderig.
Maar toch bedankt, broeder Wouter!
Ynze Baumfalk, zomer MMXIV
Oder de naam De Muidercompagnie zetten de kantorij van de Muiderkerk en een ad-hoc groep spelers uit Amsterdam zo eens in de paar jaar een muzikaal drama op de planken.
Aan de productie De Verandering van Amsterdam werkten mee:
Makers | |
Script en muziek | Ynze Baumfalk |
Regie | Johan Sturm, Monique Ouwerkerk |
Regieadviezen | Zjuul Burgering, Marjan Wolfseher |
Muziekadviezen | Marina Kaldeway |
Kostuums | Caroline Peters |
Techiek en decors | Joost Bergisch, Zjuul Burgering |
Muziekuitvoering | Punto Bawono (luit) |
Marieke van der Gaag (trekzak) |
Spel | |
Gerrit Bicker, bierbrouwer | Arjan Spit |
Pieter Hasselaer, bierbrouwer | Alexander Holevitch |
Corneel Backer, herbergier | Geert-Willem Schul |
Hanneke Siemens, herbergierster | Marijke Genuit |
Laurens Bardesius, scholier | Samuel van de Torre |
Kaatje Bardesius, scholier | Tamar Smalbrugge |
Fietje van Zwolle, premiejaagster | Lisa Heijdeman |
Onze Lieve Vrouwe van de Dam | Mariet de Haas |
Kenau Hasselaer, scheepsbouwer | Nannette Kornman |
Hendrick Bicker, burgemeester | Ted van Angeren |
Zang | |
Alice Klaver | Jannet Weeteling |
Bara van Pelt | Lykle Lyklema |
Corrie Boeker | Marieke van der Gaag |
Diemer de Vries | Marijke Ekkelboom |
Doutzen Abma | Marja aan 't Goor |
Flip Noordam | Paul Peijzel |
Herman Bouwmeester | Sieb Tieleman |
Ilse den Hollander | Sjoukje van der Laan |
Voor het laatste nieuws, bezoek onze Facebook pagina.
zzzzz
Muiderkerk, Linnaeusstraat 37
1093 EG Amsterdam
De toegang is gratis, maar een vrijwillige bijdrage wordt bijzonder op prijs gesteld.
ZZZZZ